Die programmeerhouding dringt door tot elk leergebied op de school en inmiddels passen leerlingen de beginselen van het programmeren toe op elk schoolvak, meestal via Swift Playgrounds.
“We realiseerden ons dat we overal in het lesprogramma eigenlijk al programmeervaardigheden toepasten”, aldus de 28-jarige Nutt. “Als we schrijven, kijken we het resultaat na en bewerken en verbeteren het: bugs oplossen deden we dus al. Verhalen zijn in feite sequenties en we voeren sequenties uit van alle gebeurtenissen en dingen die we in ons dagelijkse leven doen. Het gaat er dus in feite om dat iedereen op school begrijpt dat programmeerprincipes overal aanwezig zijn.”
In het klaslokaal van Scott oefenen haar leerlingen van 5 en 6 jaar oud hun programmeervaardigheden voor gewone, maar ook bijzondere taken. Ze legde de kinderen een probleem voor: hoe krijg je een ontsnapte dinosaurus weer terug in de dierentuin? Haar leerlingen besloten dat ze boterhammen met jam zouden smeren en deze voor het dier zouden neerleggen.
Scott zorgde voor brood, boter en jam en vroeg haar leerlingen om stapsgewijze instructies voor het klaarmaken van de boterham. Door deze oefening leerden ze welke afzonderlijke opdrachten nodig zijn om een programmeersequentie uit te voeren.
“Vervolgens lieten we de boterham met jam de hele nacht buiten het klaslokaal liggen”, vertelt Scott. “En natuurlijk is de dinosaurus teruggekomen en heeft hij de boterham opgegeten. De volgende dag lag er alleen nog maar een korstje.”